Schotland 2018 page 1

De ringen hebben een reliëf van Keltische knopen, gevormd door twee doorlopende en verstrengelde levenslijnen. Uit ervaring weten wij dat dat klopt: bij het verknopen van levenslijnen kun je aardig met elkaar in de knoop raken. Hoe moeilijk we het bij vlagen ook vinden om met elkaar te leven, we willen nog steeds – en opnieuw – met elkaar getrouwd zijn. Wie en hoe we blijken te zijn verrast ons nog af en toe, maar na zeventien jaar samen weten we wel een stuk beter met wie we te maken hebben; een steviger grond om ‘ja’ te zeggen. Hoe en waar we dat precies zullen doen, weten we nog niet. Eerst moet er iets met die ringen. Mijn vingers zijn dikker geworden (nee, we gaan het niet over de rest hebben) en mijn ring past niet meer. Het zwarte goedje tussen het reliëf, dat de witgouden ringen oud doet lijken, is er in de loop der jaren uit gesleten. In een sympathieke mail heeft Garth toegezegd dat hij daar kosteloos wat aan kan doen. En dus rijden wij naar Strathaird, een van de vele uitstulpingen van het lobbige eiland Skye, waar Garth in de verlatenheid een werkplaats heeft en een showroom die, op de glazen vitrines met sieraden na, wel iets weg heeft van een zaal in een Schotse burcht. Daar houdt hij de tradities levend van clan Duncan en van de typisch Schotse sieraden en messen.

We hebben een strak reisschema. Op zondag is Duncan House op slot, dus uiterlijk op zaterdagmiddag vier uur, moeten we daar zijn. Om van het doorreizen geen uitputtingsslag te maken, verdelen we de rit over twee dagen waarin we zoetjesaan op wegen belanden waar je hooguit 60 km per uur rijdt. Ontspannen de borden ‘The North’ volgen dus, maar wel doorrijden.
Om de geplande overnachtingsstop op vrijdag te bereiken moeten we de A82 langs Loch Lomond noordwaarts volgen. Vlak voor de cruciale rotonde zien we loeiende ambulances voorbij racen en sluiten politieauto’s die weg af. Te laat! Met de offline kaarten van Google Maps, mijn vertrouwde papieren Ordnance Survey kaarten en een flinke dosis gezond verstand, vinden we een alternatieve route langs een ander groot meer. De weg, die door veel kleine plaatsjes op de oever leidt, wordt steeds smaller en drukker. Binnen de kortste keren staan we in de file met urenlang veel stilstand en weinig voortgang. We zien auto’s keren of afslaan naar een bergweg. Er lopen pratende en wijzende mensen. Wat is er aan de hand?

Wat doe je als het droog is tussen de buien door? Je stapt uit om informatie te vergaren en ontmoet meteen de eerste midges. Ze zijn vroeg dit jaar. Bij ons heten ze knutjes. Kleine stekende etterbakjes, die nooit van wijken weten en zich in wolken op je hoofd storten. Als je het mij vraagt zijn ze dol op haarwortels. Echte Schotten hebben het er niet over, maar vegen ze al pratend haast gedachteloos uit een oog of neusgat. Aan ergernis heb je niks. Midges zijn goed om – letterlijk – grappen over te verkopen. Op ansichtkaarten of in melige boekjes, to earn a few bob.